Einde partneralimentatie door Facebookberichten
Partneralimentatie eindigt als de ontvanger samenleeft met een ander alsof er sprake is van een huwelijk. Een uitspraak van het gerechtshof Amsterdam maakt duidelijk dat de optelsom van berichten op Facebook tot die conclusie kan leiden; samenleven als waren zij gehuwd. Met beëindiging van de partneralimentatie tot gevolg met terugwerkende kracht.
Alimentatiebetaler moet bewijzen
Hoe bewijs je dat er sprake is van samenleven zoals wat binnen een huwelijk gebruikelijk is? Volgens de Hoge Raad moet er dan sprake zijn van:
- een affectieve relatie
- van duurzame aard
- die met zich meebrengt dat je voor elkaar zorgt,
- met elkaar samenwoont en
- een gemeenschappelijke huishouding voert.
In de praktijk komt het bewijzen erop neer dat je overtuigend kunt bewijzen dat aan deze criteria voldaan wordt.
Social Media als bewijsmateriaal
Het Hof Amsterdam moest haar oordeel geven over de volgende kwestie. Uit een aantal Facebookberichten blijkt dat V (de vrouw) ontbijt maakt voor N (‘Nieuwkomer’), ’s avonds voor deze N kookt, huishoudelijke taken verricht en de twee honden, die V en N hebben, uitlaat. V en M (haar ex-man) zijn in 2014 gescheiden. Daarbij is bepaald, dat M € 210 partneralimentatie aan V moet betalen. M gaat hiertegen in hoger beroep en stelt dat V met N samenwoont als waren zij gehuwd. Hij stelt dat hij op grond van artikel 1:160 BW niet meer verplicht is om partneralimentatie te betalen vanaf het moment dat hiervan sprake is.
V erkent dat zij een relatie heeft met N, maar stelt dat zij alleen een kamer huurt bij N. V brengt een huurovereenkomst en betalingsbewijzen in als bewijs en betwist dat zij en N elkaar zouden verzorgen en een gezamenlijke huishouding voeren. In Facebookberichten schrijft V verder dat N niet alleen goed voor haar zorgt maar tevens voor haar kinderen, die hij blijkbaar mede opvoedt. Zo koopt N een fiets voor de dochter van V en koopt voor V een zonnebank en rozen.
Het Hof is van oordeel dat de relatie tussen partijen en de Facebookberichten van V voldoende aanwijzingen bieden dat V met N samenwoont als waren zij gehuwd in de zin van artikel 1:160 Burgerlijk Wetboek. De verplichting van M tot het betalen van partneralimentatie is als gevolg hiervan geëindigd met ingang van 1 juli 2014, de dag dat V volgens de huurovereenkomst bij N is komen te wonen.
Onverschuldigde partneralimentatie
De onverschuldigde partneralimentatie kan teruggevorderd worden nu van rechtswege duidelijk is dat de verplichting hiertoe is komen te vervallen.
Bron: Hof Amsterdam 28 juli 2015, ECLI:NL:GHAMS:2015:3108
Deel dit artikel met anderen